“Je moet die energie van sociaal ondernemers ervaren. Dat gun ik je.”
Wie is een échte sociaal ondernemer? Bij een aanbesteding van een opdracht is dit voor veel inkopers bij de overheid een veel voorkomende vraag. Ook voor Thea was dit ooit een vraag. Thea is een ervaren inkoopadviseur met een groot hart voor sociaal ondernemerschap. Tijdens haar werk bij de gemeente Utrecht zag ze hoe de Code Sociale Ondernemingen een antwoord biedt op die vraag. Dat zorgde voor een bestelling pepernoten bij de Koekfabriek. Door deze bestelling konden ze een grotere mixer aanschaffen, en nóg meer mensen een zinvolle dagbesteding bieden. Die impact wil Thea nog veel meer maken.
“Het belang van de Code bekijk ik vanuit mijn rol als zelfstandige inkoopadviseur. Toen ik bij de gemeente Utrecht werkte, zag ik dat Utrecht het sociaal ondernemerschap sterk wilde promoten”, vertelt Thea. “Maar veel inkopers worstelden met de vraag: Hoe weet ik wie een sociaal ondernemer is? Is de Lidl die een voetbalclub sponsort ook een sociaal ondernemer?’’ Er bleek dus een grote behoefte aan een duidelijke definitie. “Toen ik hoorde dat De Code Sociale Ondernemingen werd ontwikkeld, wist ik: dit is precies wat we zoeken. De Code biedt een duidelijke identiteit voor sociaal ondernemerschap en onderscheidt sociaal ondernemers van bedrijven die incidenteel iets bijdragen aan de maatschappij.”
De drijfveer om te ondernemen en ook een maatschappelijk probleem op te lossen is aanstekelijk. Want ze vertelt “De energie van sociaal ondernemers zelf. Tijdens mijn tijd bij de gemeente ontmoette ik veel impact ondernemers op evenementen. Ze ondernemen met zo’n passie voor de maatschappij! Ik zei vaak tegen inkopers: ‘Je moet die energie ervaren. Dat gun ik je.’”
“Zelf ben ik geen sociaal ondernemer, maar als ik iets kan doen om hen te ondersteunen, doe ik dat met liefde. Via mijn werk met de Code probeer ik ervoor te zorgen dat sociaal ondernemers meer podium krijgen en meer omzet genereren.”
Thea werkte mee aan een aantal initiatieven die nu nog aan het groeien zijn en het ecosysteem voeden van sociaal ondernemerschap in Nederland. Tijdens haar werk bij de gemeente Utrecht was ze o.a. betrokken bij de start van de Social Impact Factory, samen met Social Enterprise NL. “De gemeente en Social Enterprise NL wilden een eigen marktplaats voor sociaal ondernemerschap ontwikkelen. Vanuit die samenwerking ontstond uiteindelijk ook Buy Social, en rond die tijd begon ook de ontwikkeling van de Code.”
En haar rol was op haar lijf geschreven. “Ik mocht destijds meedenken over hoe sociaal ondernemerschap een plek kon krijgen in het inkoopbeleid. Dat is goed gelukt, vind ik. In Utrecht is in 2014 bijvoorbeeld de bouwblokkenmethode toegepast, die ik eerder al in Amersfoort had geintroduceerd en ontwikkeld. Bij deze methode kun je als bedrijf je social return verplichting invullen door banen te bieden aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, of door producten en diensten in te kopen bij sociaal ondernemers.”
Zoals bijvoorbeeld bij de aanbesteding voor een schoonmaakbedrijf. “Ze hadden nog een bedrag over dat ze moesten besteden aan sociale impact. Toen hebben ze pepernoten gekocht bij de Koekfabriek, waar mensen met een verstandelijke beperking werken. Dankzij die bestelling kon de Koekfabriek een grotere mixer aanschaffen en nog meer mensen een zinvolle dagbesteding bieden. Dat laat zien hoe je via inkoop maatschappelijke waarde kunt creëren.”
En haar rol binnen het bestuur van de Code is helder. “Ik ben gevraagd om te kijken hoe we meer gemeenten kunnen betrekken bij de Code. Bijvoorbeeld door deze toe te passen in hun inkoop- of vergunningenbeleid. Daarvoor geef ik presentaties en probeer ik gemeenten te inspireren. Het mooie is dat de bouwblokkenmethode inmiddels door bijna de helft van alle gemeenten wordt gebruikt. Daar ben ik ontzettend trots op. Want het creëert kansen voor mensen en sociaal ondernemers.”
Met gepaste trots vertelt ze tot slot: “Ik ben blij met de groeiende bewustwording en het enthousiasme rondom sociaal ondernemerschap. Het voelt goed om hieraan bij te dragen en te zien dat sociaal ondernemers steeds meer erkenning krijgen. Hoewel er nog uitdagingen zijn, geeft het mij energie om hiermee door te gaan.”
