Veelgestelde vragen

Hieronder vind je vaak gestelde vragen over de Code Sociale Ondernemingen.

Algemeen

De Code heeft als doel om het veld van sociaal ondernemen naar een hoger niveau te brengen en (h)erkenning te bieden. Op de volgende manieren:

  1. De Code wil een definitie van sociaal ondernemen geven die breed wordt gedragen door alle stakeholders (zoals gemeentes, fondsen, consumenten, ondernemers) en de bevordering van het veld vereenvoudigt.
  2. De Code biedt een handvat voor startende sociale ondernemingen, maar geeft ook ontwikkelperspectief aan de koplopers van het veld.

In september 2018 heeft de ChristenUnie een initiatiefnota ingediend waarin wordt voorgesteld om de ‘maatschappelijke BV’ te introduceren. Deze modaliteit op de bestaande BV of coöperatie zou sociaal ondernemers meer erkenning bieden.

De Code Sociale Ondernemingen en de BVm hebben vergelijkbare doeleinden: (h)erkenning voor de sociaal ondernemer. Het is echter onzeker of de BVm er komt, en mocht er draagvlak zijn, dan gaat dit nog tenminste enkele jaren duren. Het veld van sociaal ondernemen wacht niet, en de Code kan nu al die functie vervullen.

Mocht de BVm er wel komen, dan kan de Code als basis dienen voor het opstellen van deze modaliteit; immers, de Code zal een jurisprudentie hebben opgebouwd waarin de leidende principes van sociaal ondernemen zijn uitgewerkt.

Wat Social Enterprise NL en de Code gemeen hebben, is dat zij zich allebei inzetten voor een sterke groei van de sector van sociale ondernemingen, én deze verbinden met belangrijke stakeholders. Social Enterprise NL doet dit enerzijds door het samenbrengen van sociaal ondernemers. Ze zorgt voor onderlinge verbinding van deze ondernemers en voor praktische activiteiten om de ondernemers te helpen in hun groei en ontwikkeling. Social Enterprise NL voert een actieve lobby om sociaal ondernemerschap en de daarbij horende actuele en urgente thema’s rondom sociaal ondernemerschap op de kaart te zetten.

De Code richt zich op herkenning van de sociale onderneming. De Code verifieert met een onafhankelijke toetsing of de onderneming impact first en volgens de principes van de Code handelt. Hiermee is de Code een stevig instrument en biedt het een formeel kader om beleid op te bepalen door overheden en andere stakeholders.

Deelname aan de Code heeft een zwaardere toetsing, de leden van Social Enterprise NL kunnen er dus niet op rekenen dat zij zonder verdere aanpassingen worden toegelaten tot de Code. Andersom geldt dat wel, deelname aan de Code geeft in principe recht op lidmaatschap van Social Enterprise NL. De introductie van de Code geeft Social Enterprise NL de ruimte tot een wat losser ledenbeleid dan voorheen, al blijft een heldere impact-oriëntatie en -communicatie een voorwaarde voor lidmaatschap.

De Code Sociale Ondernemingen heeft o.a. de functie van een keurmerk, maar gaat verder dan dat. Dat wil zeggen, het heeft de keurmerk-functie in de zin dat ondernemers kunnen laten zien dat ze een sociaal ondernemer zijn door het logo van de Code te dragen. Dit geeft vertrouwen aan gemeentes, fondsen of andere ondernemers. De Code keurt echter niet, maar is een instrument voor her- en erkenning dat de verwezenlijking van je maatschappelijke missie optimaliseert.

Echter, de Code gaat verder op tenminste twee vlakken: ten eerste is het principle-based, wat wil zeggen dat veel van de vijf principes op meerdere manieren zijn in te vullen, in tegenstelling tot het volgen van strakke regels. De Code toetst jouw manier van ondernemen aan de hand van de principes die sociaal ondernemerschap definiëren en kijkt daarin naar je totale onderneming.

Ten tweede bevat de Code het aspect van peer review; hierbij bevragen sociaal ondernemers elkaar op de principes van de Code, waarbij het lerende aspect en uitwisseling van kennis centraal staat. De Code wil sociaal ondernemers met elkaar verbinden, zodat zij van elkaar kunnen leren en de sector van sociaal ondernemen verder kunnen versterken en professionaliseren. In tegenstelling tot andere keurmerken stimuleert de Code voortdurende ontwikkeling als sociale onderneming. Met collega- ondernemers stimuleer en ondersteun je elkaar hierin.

De Prestatieladder Socialer Ondernemen (hierna: de PSO) is een keurmerk dat door alle werkgevers kan worden gevoerd, van overheidsdiensten tot kleine commerciële bedrijven. De PSO meet de mate waarin mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt deel uitmaken van het personeelsbestand. De PSO kijkt niet naar de missie van de werkgever of naar de principes die de Code hanteert. Voor sociale ondernemingen die zich richten op arbeidsparticipatie zijn de PSO en de Code complementair aan elkaar. De Code vraagt aan hen geen registratie bij de PSO, zij kunnen hun impact ook zelf meten en publiceren.

De Code en B Corp zijn vergelijkbaar in het feit dat beiden de onderneming in brede zin beoordelen: van impact-bedrijfsmodel tot de behandeling van werknemers.

Het grootste verschil zit hem in de grondslag: waar de Code stelt dat sociaal ondernemers ‘impact first’ moeten zijn, waarbij maatschappelijke impact hun hoofddoel is, dient bij B Corp-gecertificeerde bedrijven maatschappelijke impact ‘een van de doelen’ te zijn, naast bijvoorbeeld het vergroten van de winsten.

Daarnaast is de Code gericht op de Nederlandse context, aangesloten op het beleid van lokale ondernemingen, gemeentes, fondsen en impact investeerders; B Corp is een Amerikaans initiatief.

Nee, in de EU en daarbuiten zijn er geen andere codes die bottom-up zijn gemaakt om het veld van sociaal ondernemers te versterken. Wel hebben 17 lidstaten speciale wetgeving, of zelfs een rechtsvorm voor sociale ondernemingen.

Jazeker, ook al kan je wellicht niet aan alle principes voldoen als startende ondernemer, je kan de principes van de Code als richtlijn gebruiken om een goede start te maken. Alle principes zijn ook zeker haalbaar: bijvoorbeeld, in je statuten kan je de maatschappelijke missie borgen, of je kan al transparant zijn, of al een Theory of Change maken. 

De consument hecht steeds meer waarde aan duurzame producten, maatschappelijke waarde en transparante bedrijfsvoering. De objectieve verificatie van de Code vergroot het vertrouwen van je stakeholders en kan een verdieping bieden op je klantenbinding, waaronder ook de consumenten.

Daarnaast helpt de Code om je verhaal beter te vertellen en expliciet transparant te maken. Doordat je je kunt onderscheiden van de greenwashing van grote bedrijven, neemt de geloofwaardigheid toe.

De principes van sociaal ondernemen zijn universeel. De Code is gebaseerd op de criteria die de Europese Commissie hanteert voor sociale ondernemingen. Erkenning binnen de Code kan daarom op termijn bredere kansen binnen de EU bieden. In NL en Europa zijn er voldoende partijen te vinden die óók in het buitenland impact willen maken; zij hebben baat bij de impact die jij als internationale partij maakt en kunnen daaraan bijdragen.

Verder is de Code tevens een leidraad voor ontwikkeling en professionalisering én kan de transparantie die je als erkend sociaal ondernemer biedt een unique selling point zijn voor ketenpartners en consumenten.

Ja, bijvoorbeeld MKB’ers die meer gericht willen ondernemen op maatschappelijke impact kunnen deelnemen. Echter, zij moeten kunnen aantonen dat zij impact first zijn: sociaal ondernemers die in het Register van de Code zijn opgenomen, hebben primair als missie om maatschappelijke impact te maken.

De Code biedt een formeel kader waaraan je je als sociale ondernemer kunt committeren. Als je de principes van de Code onderschrijft, schep je duidelijkheid naar alle stakeholders. Iedereen weet waar jij voor staat. Dat maakt het gemakkelijker om een samenwerking met elkaar aan te gaan; je spreekt dezelfde taal.

Dat wil niet zeggen dat een sociale onderneming die niet deelneemt aan de Code, per definitie een minder goede ondernemer is. Wel wil het zeggen dat deze ondernemer op sommige onderdelen bijvoorbeeld minder transparantie wil bieden. Het zal voor stakeholders wellicht meer werk vragen om helderheid te krijgen over zaken als governance en financieel beleid.

Gemeenten en financiers

Ja, zie de pagina Overheden voor een actueel overzicht van gemeenten die de Code hebben opgenomen in hun beleid.

De Code kan door gemeentes gebruikt worden bij niet-Europese aanbestedingen, bijvoorbeeld als geschiktheidseis, objectief criterium, gunningscriterium of bijzondere uitvoeringswaarde.

Zie hiervoor ook het factsheet opgesteld door CMS.

Het concept van sociaal ondernemerschap is nog relatief nieuw; waar er nog geen gemeentebeleid is, kan dit nog komen. We zijn in gesprek met de G4 en de G40, en 55 gemeenten hebben de Code al opgenomen in hun beleid. We zien dat de Code iets kan betekenen in het opstellen van social return beleid, kan helpen bij het ontwikkelen van een stimuleringsprogramma voor sociale ondernemingen in de regio, opstellen van een sociaal inkoopbeleid en een search tool is voor inkopers/beleidsmakers.

Wat we zien, is dat gemeenten de maatschappelijke ontwikkelingen vaak volgen; de sociaal ondernemers kunnen we hierin identificeren als leiders/koplopers/pioniers. Als de sociaal ondernemers mét elkaar gaan bewegen, zullen gemeenten volgen in het creëren van een noodzakelijk klimaat.

Het lijkt de Code zinvol om hierin met elkaar te gaan bewegen, als beide partijen op elkaar wachten, jagen we geen verandering aan. Geef de gemeente een incentive om beleid te maken op de Code door deel te nemen. Samen kunnen wij ervoor zorgen dat steeds meer overheidsinstellingen een impact first-maatschappij bevorderen.

Gemeentes die socialer willen inkopen, bijvoorbeeld bij Social Return, kunnen erop vertrouwen dat ondernemers die in het Register van de Code Sociale Ondernemingen zijn opgenomen, ook daadwerkelijk de impact beogen te maken die ze claimen. Op deze manier kunnen ondernemingen die in het Register van de Code Sociale Ondernemingen zijn opgenomen, bijvoorbeeld voorrang krijgen bij aanbestedingstrajecten.

Voor fondsen en impact investeerders (investeerders die specifiek gericht zijn op de financiering van maatschappelijk relevante ondernemingen) geldt ook dat de Code deel kan uitmaken van due diligence traject: als de onderneming getoetst wordt op bijv. impact en financieel beleid, kan de Code hier al een waarborg voor zijn.

Principes van de Code

Het is belangrijk dat je erop kunt vertrouwen dat je onderneming niet alleen nu, maar ook in de toekomst haar maatschappelijke missie blijft nastreven. In het geval er bijvoorbeeld een andere directeur wordt aangesteld, of de verhouding tussen aandeelhouders verandert, wil je er zeker van kunnen zijn dat de ‘impact first’ identiteit van de onderneming onveranderd blijft. Om deze reden vraagt de Code dat je je maatschappelijke missie op verschillende manieren borgt: in de statuten en in financieel beleid.

Het feit dat de maatschappelijke missie verankerd ligt in de statutaire doelomschrijving, betekent dat andere stakeholders (zoals een Raad van Toezicht, maar ook werknemers of andere betrokkenen) altijd hiernaar kunnen verwijzen. Het betekent ook dat een eventuele koerswijziging van de onderneming gepaard gaat met een noodzakelijke wijziging van de statuten, wat weer heel wat voeten in de aarde heeft. Kortom: de maatschappelijke identiteit wordt steviger verankerd door dit vast te leggen in de statuten.

Het doel van een Theory of Change is dat je inzichtelijk kunt maken hoe jouw activiteiten als onderneming bijdragen aan de maatschappelijke impact die je claimt te maken. Dit heeft tenminste twee voordelen: je hebt zelf een duidelijkere strategie van de wijze waarop je impact wilt maken, en je kunt dit op een helderder manier laten zien aan de buitenwereld. Het Impactpad biedt veel handvatten rondom de Theory of Change en impactmetingen.

Het is belangrijk dat je erop kunt vertrouwen dat je onderneming niet alleen nu, maar ook in de toekomst haar maatschappelijke missie blijft nastreven. In het geval er bijvoorbeeld een andere directeur wordt aangesteld, of de verhouding tussen aandeelhouders veranderd, wil je er zeker van kunnen zijn dat de ‘impact first’ identiteit van de onderneming onveranded blijft. Om deze reden vraagt de Code dat je je maatschappelijke missie op verschillende manieren borgt: in de statuten en financieel beleid.

Financiële stromen zijn essentieel in de maatschappelijke borging om tenminste twee redenen: ze weerspiegelen waar de prioriteit van de onderneming ligt, en zijn noodzakelijk om invloed te hebben op de impact die de onderneming maakt. Daarom dient de missie ook in het financieel beleid geborgd te worden.

Er zijn verschillende manieren waarop sociaal ondernemers de uitkeringen aan aandeelhouders hebben beperkt. De meest gangbare vorm is om een ‘dividend cap’ vast te stellen, waarbij de maximale dividenduitkering gelijkstaat aan een bepaald percentage van de winst.

Zo stelt Tony’s Chocolonely dat maximaal 50% van de winst naar dividenduitkeringen gaat, waarbij deze niet hoger mag zijn dan 50% van de investering in ‘keten-impact-kosten’. Specialisterren stelt deze dividend-verhouding op 1/3 van de winst, en Het Theehuisje heeft zelfs vastgesteld 0% uit te keren aan aandeelhouders. Dit kan je vastleggen in de statuten, aandeelhoudersovereenkomsten, en op de website publiceren.

In het kader van Principe 5 vraagt de Code dat je bepaalde documenten die je bedrijfsvoering reflecteren, voor het publiek toegankelijk maakt. Hieronder vallen ook de statuten.

De statuten vormen de grondregels van je bedrijf, waarin duidelijk is gemaakt wat je missie is en hoe de onderlinge verhoudingen tussen Raden zijn. De filosofie achter de Code is dat sociaal ondernemers voortrekkers zijn in de beweging naar een nieuwe, eerlijke en dus ook meer transparante economie. Het is niet meer dan logisch dat publiek toegankelijke statuten hier onderdeel van uitmaken. Statuten zijn tevens op te vragen bij de Kamer van Koophandel, hier zijn echter kosten aan verbonden. Dit past niet in de gedachte achter de Code, waarbij iedereen niet alleen de mogelijkheid, maar ook het recht heeft om de statuten in te zien. En andersom: als je statuten toch al bij de KvK op te vragen zijn, waarom zou je ze dan niet zelf op de website zetten?

In het kader van Principe 5 stimuleert de Code om bepaalde documenten die je bedrijfsvoering reflecteren voor het publiek toegankelijk te maken. Hieronder valt ook de jaarrekening.

De geldstromen binnen je bedrijf reflecteren de prioriteiten; als men de jaarrekening kan inzien, kan men dus inzicht krijgen in de wijze waarop de maatschappelijke missie daadwerkelijk tot uiting komt in de kosten en baten van een bedrijf. Zijn de kostenverhoudingen redelijk? Koopt dat duurzame bedrijf wel biologisch in?

Bovendien is de filosofie achter de Code dat sociaal ondernemers voortrekkers zijn in de beweging naar een nieuwe, eerlijke en ook meer transparante economie. Een publiek toegankelijke jaarrekening maakt hier onderdeel van uit. De Code vraagt om in ieder geval de gegevens in de jaarrekening die gedeponeerd wordt bij de Kamer van Koophandel gepubliceerd dienen te worden op de website.

Proces

Dit is afhankelijk van in hoeverre je de principes van de Code al hanteert in je eigen bedrijfsvoering. Is dit al het geval zal het werk vooral zitten in het verzamelen van de benodigde documenten. Zijn enkele principes nog niet (voldoende) ingevuld, dan zal hier meer tijd in gaan zitten. Team Code voert graag een voorgesprek waarin zij o.a. de benodigde tijdsinvestering voor aanmelding op basis van de aanwezige voorwaarden kan doornemen.

Aan opname in het Register zijn kosten verbonden: eenmalige inschrijfkosten en een jaarlijkse bijdrage. De meest actuele tarieven zijn op de aanmeldingspagina te vinden.

Deelnemers aan de Code treden eenmaal per twee jaar op als peer reviewer bij een collega-onderneming uit het Register. Daarnaast werkt de onderneming eenmaal per twee jaar mee aan een peer review door twee collega-ondernemingen en een formele beoordeling op het voortdurende voldoen aan de toelatingscriteria.

De gegevens worden gebruikt ter ondersteuning van de aanmelding. Dat wil zeggen, op basis van de vragenlijst en deze documenten kan de Beoordelaar nagaan in hoeverre de onderneming voldoet aan de toelatingscriteria van de Code Sociale Ondernemingen. Naast het lezen van de documenten gaat de Beoordelaar ook met je in gesprek om meer gevoel te krijgen bij de organisatie.

Jazeker, alle leden van de Review Board ondertekenen een reglement waarin staat vermeld dat deze gegevens niet aan derden worden verstrekt en dus strikt geheimgehouden worden. Ook de Beoordelaars ondertekenen een reglement met deze voorwaarden.